F1-autotransportlogistiek
Formule 1, ook bekend als F1 of Formula 1, is de hoogste internationale raceklasse voor formule-auto’s met open wielen en één zitplaats, gesanctioneerd door de Fédération Internationale de l’Automobile. Kortom, het is een mondiale autosport. Een Formule 1-seizoen bestaat uit verschillende races die Grands Prix worden genoemd en die over de hele wereld worden gehouden en grote menigten trekken.
Deze races vinden vaak plaats op speciaal daarvoor gebouwde circuits in afgelegen gebieden, maar races zoals de Grand Prix van Singapore en de Grand Prix van Australië worden gehouden op afgesloten openbare wegen. Aan het einde van een seizoen kondigt de FIA twee jaarlijkse wereldkampioenen aan; één voor de coureur en de andere voor de constructeurs. Deze worden toegekend op basis van een puntensysteem. Deze punten worden toegekend op basis van de prestaties van de coureur en de constructeur van de auto aan het einde van een race.
Met 23 races over bijna elk continent zijn de logistieke inspanningen in de F1 enorm, aangezien teams een dringende noodzaak hebben om hun auto’s en uitrusting veilig en efficiënt van race naar race te verplaatsen.
Waarom moeten F1-auto’s worden vervoerd?
Met races die gehouden worden in tal van Europese landen en wereldwijd, vraag je je misschien af hoe deze auto’s van locatie naar locatie worden vervoerd. Ze kunnen uiteraard niet op gewone wegen rijden, daarom worden ze gedemonteerd, zorgvuldig verpakt en over landen vervoerd via zee, lucht en land. Allereerst, voordat een raceweekend begint, inspecteert de FIA (Fédération Internationale de l’Automobile), de organisator van de Formule 1, de circuits en zorgt ervoor dat medische en veiligheid-auto’s aanwezig en standby zijn. Ze vervoeren tussen locaties het hogere FIA-management, Formule 1-media, IT- en mediavoorzieningen en operators, evenals de motorhomes van de Formule 1 voor het personeel.
Wat houdt het vervoer van een F1-auto in?
Zodra de zwart-wit geblokte vlag wordt gezwaaid, voeren de teammonteurs een technische controle uit en beginnen zij voorzichtig met het demonteren van de auto. Op elke nieuwe locatie worden ze onderdeel voor onderdeel weer in elkaar gezet en op dezelfde manier weer uit elkaar gehaald. Omdat deze onderdelen – versnellingsbak, motor, ophanging, achteruitkijkspiegels en krachtbronnen – duur en kwetsbaar zijn, worden ze verpakt in speciale schuimcontainers.
Een speciaal ontworpen hoes beschermt het chassis van de auto tegen schade tijdens het transport. De containers waarin deze onderdelen zitten zijn niet standaard, ze zijn gevoerd met schuim en hebben een ingebouwde structuur die ervoor zorgt dat de dozen met auto-onderdelen precies op hun plek blijven in de aanhanger en niet bewegen of worden beïnvloed door de vibraties van het voertuig. Daarnaast worden naast de onderdelen ook het gereedschap mee vervoerd.
Een kleine misstap in dit proces kan leiden tot enorme problemen. Als bijvoorbeeld één onderdeel ontbreekt, is er nauwelijks tijd voor herstel en dat kan tot grote verliezen leiden. Daarom wordt het transportproces zorgvuldig gepland en wordt de vervoersmethode bepaald op basis van verschillende factoren zoals tijdsdruk en de afstand tussen de circuits. Toch worden de auto’s vaker via de weg en door de lucht vervoerd dan over zee.
Vervoer over de weg
Vervoer voor races binnen Europa gebeurt meestal over de weg, zoals bij de Spaanse en Italiaanse Grand Prix. Waar slimme chauffeurs kiezen voor de beste vijfdewielkoppeling voor het trekken van trailers, worden F1-auto’s vervoerd door vrachtwagens van DHL. In 2020 werden ongeveer driehonderdvijftien vrachtwagens ingezet voor het vervoer van Formule 1-auto’s. Wegvervoer is weliswaar goedkoper, maar kan lastig zijn omdat externe factoren zoals weers- en wegomstandigheden vertragingen kunnen veroorzaken. Zo’n vertraging kan funest zijn voor de prestaties van een team omdat er ongeveer 300 vrachtwagenladingen aan essentiële uitrusting vervoerd worden. In een poging milieuvriendelijker te zijn, heeft de FIA gemeld dat men het wegvervoer wil reduceren.
Vervoer door de lucht
Afhankelijk van de tijdsdruk en het gewicht worden vrachtvliegtuigen ingezet voor het vervoer van de uitrusting, hoewel dit duurder is dan vervoer over zee of de weg. De uitrusting wordt geladen op chartervluchten en afgeleverd op de luchthaven die het dichtst bij het circuit ligt. Vervolgens worden ze over de weg naar de locatie vervoerd. Al het lucht- en zeevervoer wordt afgehandeld door DHL (Duitse koeriersdienst), de officiële logistieke partner van de FIA. Wanneer de trainingen en kwalificatiesessies beginnen, merken teams soms dat ze een onderdeel of stuk gereedschap thuis hebben laten liggen. Dan springt DHL in actie met een jet om het pakket zo snel mogelijk af te leveren.
Niet alleen de uitrusting reist per vliegtuig; ook veel Formule 1-coureurs reizen tussen locaties met een privéjet. Dit werd gebruikelijk toen Niki Lauda, rijdend voor Ferrari, de voorkeur kreeg voor deze handige, kosteneffectieve en tijdsbesparende manier van reizen. Deze manier van reizen biedt coureurs comfortabel en probleemloos vervoer. Zo vermijden ze problemen zoals Max Verstappen in 2016 na de Grand Prix van Canada had, toen zijn businessclass-stoel dubbel geboekt bleek op een lijnvlucht. Hij moest toen plaatsnemen in het enige vrijgekomen economy-stoeltje. Hoewel hij dit als een heer accepteerde, moet het een ongemakkelijke vlucht zijn geweest.
Vervoer over zee
Vervoer over zee is de goedkoopste methode, maar is niet even tijdsefficiënt. Goedkope en zware uitrusting zoals bankschroeven en dranghekken worden meestal per zeevracht verzonden en meestal in vijfvoud gedupliceerd. Dit wordt vaak gebruikt voor intercontinentaal vervoer, maar alleen als de tijd het toelaat. DHL stelt dat Formule 1-teams per seizoen 500 ton per schip en 660 ton per vliegtuig vervoeren.
Het schema voor het verpakken van verschillende uitrustingen varieert. Het wordt op verschillende tijdstippen ingepakt afhankelijk van het schema en de noodzaak ervan. Zo kan aan het eind van de eerste racedag alle niet-essentiële apparatuur worden ingepakt, terwijl de garageopstelling juist als laatste wordt opgeborgen.
De onderdelen en uitrusting zijn niet de enige essentiële zaken die van locatie naar locatie moeten reizen. Het team van racepersoneel zijn de mensen die zorgen voor een soepel raceweekend. Ze omvatten monteurs, communicatiemedewerkers, strategen, ingenieurs, coureurs, chefs en keukenpersoneel. Het proces waarmee F1-auto’s en -uitrusting worden vervoerd en opgesteld is interessant, nauwlettend en stressvol. De teams zijn echter ervaren en goed geoefend in deze minutieuze oefening; in 2021 moesten ze zich verplaatsen tussen 22 locaties met slechts een pauze van één tot twee weken ertussen.
Vertaling uit het Engelse artikel “F1-autotransportlogistiek“